Een mol is te herkennen aan een zwarte tot blauwzwart gekleurde vacht en spitse snuit. In de vacht verborgen oren en ogen en twee grote graafpoten aan de voorzijde van het lichaam. Mollen zijn praktisch blind, maar kunnen goed horen, ruiken, graven en zwemmen.
Hun schuilplaatsen zijn dan ook vaak te vinden in waterrijke streken. De schuilplaatsen worden gegraven onder hekwerken, afrasteringen en aan de slootkant omdat daar de minste verstoring plaatsvindt door machines of bewerkingen in de grond. De zelf gegraven gangen vormen een zeer uitgebreid stelsel (soms van 150 meter). In dit gangenstelsel bevinden zich voorraadkamers en nesten. Zij leven van insecten en weekdieren. Zo zijn bijvoorbeeld kevers, wormen en larven zeer populair. Met name in pas ingezaaide tuinen en akkerlanden richten zij veel schade aan omdat 1 mol in minder dan een jaar vijf kruiwagens grond verzet.
Als u toch een mol in uw tuin of grasland krijgt, dan kunt u een klem plaatsen om hem zo proberen te vangen. Mocht dit niet lukken, neem dan een deskundige ongediertebestrijder in de hand.
De steenmarter veroorzaakt steeds meer overlast. Het speelse roofdiertje duikt steeds vaker op in huizen en scholen.
Het bruinzwarte dier kwam afgelopen jaren nogal eens in het nieuws als vernieler van autobekabeling. Maar dat is niet de enige overlast die het dier veroorzaakt. Hij kruipt tegen muren op, nestelt zich onder dakranden en plafonds van huizen en maakt als nachtdier vooral 's nachts een hoop herrie. Dat drijft de bewoners vaak tot wanhoop. De psychische schade is soms groter dan de schade aan het huis.
Omdat de steenmarter een beschermde diersoort is, mogen ongediertebestrijders het dier niet vangen en doden. Het enige dat we kunnen doen is weren, en daar kunt u Brinks Plaagdierbeheersing voor inschakelen.